Cliënt wordt dupe van onbetrouwbare belastingadviseur

Uit de uitspraak van gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 januari blijkt dat een ambtelijk verzuim ervoor zorgt dat er geen navordering kan zijn, tenzij er bij de adviseur sprake is van kwade trouw. Die kwade trouw kan door de inspecteur aangetoond worden, wanneer blijkt dat de adviseur bij het doen van de aangifte opzettelijk onjuiste inlichtingen heeft verstrekt of opzettelijk juiste inlichtingen achterhoudt.

Een man liet zijn aangiften inkomstenbelasting verzorgen door een belastingadviseur. Door de Belastingdienst is er een onderzoek ingesteld naar het functioneren van deze belastingadviseur. Hieruit kwam naar voren dat de belastingadviseur opzettelijk onjuiste aangiften inkomstenbelasting heeft ingediend. Hiervoor is hij strafrechtelijk veroordeeld een gevangenisstraf van 14 maanden, waarvan vier voorwaardelijk.

Na het bekend worden van het onrechtmatig handelen van de belastingadviseur, heeft de inspecteur aanslagen inkomstenbelasting opgelegd. In geschil bij Hof Arnhem-Leeuwarden is of de inspecteur die aanslagen nog kon opleggen vanwege het ontbreken van een nieuw feit dan wel de aanwezigheid van kwade trouw bij de adviseur.

Wanneer er wordt beoordeeld of er sprake is van een nieuw feit, is van belang of de inspecteur in redelijkheid niet hoeft te twijfelen aan de juistheid van de ingediende aangifte inkomstenbelasting. In dit geval hoefde de inspecteur voor het jaar 2010 niet aan de juistheid van de ingediende aangifte te twijfelen. Voor de aangifte 2011 was wel sprake van een nieuw feit. Op het moment dat de definitieve aanslag 2011 opgelegd werd, was namelijk bekend dat er een onderzoek liep naar de adviseur. Omdat de ingediende aangifte niet meer nader is onderzocht door de inspecteur, is er sprake van ambtelijk verzuim.

Of er sprake is van kwade trouw, hangt af van of de belastingadviseur opzettelijk onjuiste aangiften heeft ingediend. In dit geval toonde de inspecteur dit aan. De adviseur nam namelijk alleen afgeronde bedragen op in de aangifte en had verder ook geen bewijsstukken. De strafrechtelijke veroordeling van de adviseur droeg natuurlijk ook bij aan het vaststellen van kwade trouw. Op grond van deze kwade trouw, kon de inspecteur over 2011 alsnog navorderen, ondanks dat er sprake was van ambtelijk verzuim.

Let er dus goed op dat jij te maken hebt met een betrouwbare belastingadviseur, want zelfs bij ambtelijk verzuim kan het dus zo zijn dat er alsnog een navordering wordt opgelegd. Bron: ECLI:NL:GHARL:2018:366 (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 26 januari 2018).