U hebt vast al wel een keer een familiereünie meegemaakt. Niet zo een reünie als Het Familiediner van de EO, maar een gezellige bijeenkomst met familieleden om met elkaar weer eens bij te praten. Wij mochten dat eerder deze maand doen met de neven en nichten van mijn moeders kant. De Amsterdamse familie dus. Na 8 jaar, dus er was wel wat te vertellen.
Acht jaar geleden konden we er niet bij zijn. In de nacht volgend op de reünie is Thijs geboren. Ofschoon dat eigenlijk niet de bedoeling is hadden we Thijs meegenomen. Wel grappig dat die kerel al de telling tijdens de quiz kon bijhouden. Ook goed voor het team van zijn vader, want die hebben uiteraard gewonnen. De prijs vertelt veel over wat voor een familie wij zijn: de winnaar mag de volgende reünie organiseren. O.a. Peter, mijn jongste neef, zal dat met mij doen. Hij staat al te trappelen om te beginnen, dus het zal geen 8 jaar meer duren. Gelet op de veroudering die ik om me heen zag is het ook heel verstandig om niet meer zo lang te wachten.
Amsterdams gezin
De quiz die René, Joyce en Martijn hadden bedacht bracht ons ver terug in de tijd. Een Amsterdams gezin vestigt zich in Valkenburg en de derde generatie herkent nog steeds de verschillen met “de Limburgers”. Misschien heeft zelfs de vierde generatie er nog mee te maken. Opa kwam uit Diemen, oma uit de Watergraafsmeer. Bij die laatste Amsterdamse wijk komen de gedachten aan Johan Cruijff naar boven. In deze wijk stond het stadion van Ajax. Mijn opa schijnt er nog getraind te hebben maar koos toch voor de club waarvan hij zelf (in 1918) medeoprichter was, RKSV de Meer. Dat RK staat voor Rooms-Katholiek. Best bijzonder toch, in Amsterdam. De omzwervingen van het gezin roepen vragen op. Van Amsterdam naar Den Haag, naar Tegelen, naar Valkenburg. Enkele verhuizingen binnen Valkenburg om vervolgens in Sibbe te eindigen. En vervolgens vliegt een groot deel van de nazaten weer uit, binnen Nederland, maar ook ver daarbuiten. 67 nazaten in totaal, wel te verstaan. Met het antwoord op die quizvraag zat ik er volledig naast.
Onze kinderen zijn slechts marginaal geïnteresseerd in de verhalen uit de tijdmachine. Dat past bij de levensfase, dat komt nog wel. Eén oom heeft veel energie gestopt in het zoeken in de archieven naar de gebeurtenissen rond mijn opa tijdens de Tweede Wereldoorlog. Waarom hadden de Duitsers hem gevangen genomen? Welke rol heeft hij gespeeld in het verzet en de bij het gezin ondergedoken Joden? Ik kon daar ook geen interesse voor opbrengen toen. Pas nu begrijp ik zijn verlangen naar antwoorden op deze vragen.
We hebben gewandeld door Sibbe en het graf van onze grootouders, enkele karakteristieke plekken en de voormalige woning bezocht. Hier heb ik zelf ook enkele jaren gewoond. Dat wisten mijn neven en nichten wel, maar toch hadden ze er vragen over. Die riepen weer vragen bij mijzelf op. Ik ga er mijn moeder niet meer mee lastigvallen. Die heeft sowieso nooit de behoefte gehad om in de tijdmachine plaats te nemen.
Ik ben trots op mijn familie en hoop dat mijn kinderen die trots meenemen. Mijn zus verwees nog naar het Sinterklaasfeest vroeger bij opa en oma, waar we dan met zijn allen op de grond zaten. Dat was het jaarlijkse evenement waar we allen tezamen waren. Brave kinderen die allemaal goed waren op school. Ze zijn nog steeds braaf, maar hebben wel allemaal veel meegemaakt. Niemand die klaagt, dat past ook bij ons.
1 Reactie
Petra
2 jaar geledenWat een leuke Column!!
Reageer