Staatssecretaris Wiebes van Financiën geeft aan geen aanleiding te zien om de restschuldregeling na 31 december 2017 te verlengen. Dat stelt hij in zijn antwoorden op Kamervragen van de leden Ronnes en Omtzigt (CDA).
De restschuldregeling is in 2012 als crisismaatregel ingevoerd om de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen. De maatregel was voor een periode van vijf jaar ingesteld. Personen met een waarde van de eigen woning, die lager is dan de op die woning rustende schuld (een zogenoemde onderwaterhypotheek), konden de rente en kosten op de bij verkoop van die woning resterende schuld tijdelijk aftrekken. Hierdoor was het voor hen mogelijk om te verhuizen.
Inmiddels heeft de doorstroming op de woningmarkt zich hersteld. Niet alleen het aantal transacties is fors gestegen, ook de huizenprijzen vertonen stijging. Het aantal personen met een onderwaterhypotheek is ook fors gedaald (van 36% in 2013 naar 18% in 2016). De verwachting is dat dit percentage nog verder zal dalen.
Nu, vijf jaar later, is de conclusie dat het herstel van de woningmarkt sterker is geweest dan toen kon worden verwacht. Dit is dan ook de reden dat Staatssecretaris Wiebes geen aanleiding ziet om de regeling te verlengen. Dit zou bovendien een fiscale derving als gevolg hebben.
Bron: "Kamervragen van de leden Ronnes en Omtzigt (beiden CDA) over het bericht ‘Vereniging Eigen Huis wil regeling restschuld behouden'" Eric Wiebes aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. 28 Juni 2017. Den Haag.
0 Reacties