• Openingstijden : maandag t/m vrijdag van 8:30 uur tot 17:00 uur
DGA toch verplicht verzekerd in familiebedrijf

DGA toch verplicht verzekerd in familiebedrijf

Een DGA is in de regel niet verplicht verzekerd voor de werknemersverzekeringen WW, WIA en ZW. In de ‘Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder' is geregeld wie als DGA kwalificeert. Dit is:

  1. de bestuurder die, al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, houder is van aandelen die tenminste de helft van de stemmen in de algemene vergadering van de vennootschap vertegenwoordigen;
  2. de bestuurder die, al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, houder is van een zodanig aantal aandelen dat, indien in de statuten is bepaald dat het besluit tot schorsing of ontslag van deze bestuurder slechts mag worden genomen met een versterkte meerderheid in de algemene vergadering van de vennootschap, de overige aandeelhouders niet over die versterkte meerderheid beschikken;
  3. de bestuurders, die in de algemene vergadering van de vennootschap allen een gelijk of nagenoeg gelijk aantal stemmen kunnen uitbrengen;
  4. de bestuurder van een vennootschap waarvan tenminste twee derde deel van de aandelen worden gehouden door zijn bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad.

Wordt aan een van deze voorwaarden voldaan, dan is de DGA dus niet verzekeringsplichtig. In het arrest van de Hoge Raad (22 maart 2013) stond de uitleg van punt 4 centraal.

 

De casus

Belanghebbende is DGA en houdt 48% van de aandelen in een B.V.. Zijn dochter houdt 26% van de aandelen. De aandeelhouders hebben besloten de activiteiten van de B.V. stop te zetten en belanghebbende te ontslaan. Belanghebbende vraagt vervolgens een werkloosheidsuitkering aan. Het UWV weigerde deze uitkering. Volgens het UWV was belanghebbende namelijk DGA in de zin van ‘Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder'. Belanghebbende bezat namelijk tezamen met zijn dochter meer dan twee derde van de aandelen. Belanghebbende was het met deze beslissing niet eens en legde deze voor aan de rechter.

 

Oordeel Hoge Raad

Volgens de Hoge Raad moet onder ‘aandelen die in bezit zijn van bloed- en aanverwanten' niet worden verstaan de aandelen die door de DGA zelf worden gehouden. Aangezien de dochter slechts 26% van de aandelen bezat, was dus niet voldaan aan de voorwaarden van onderdeel 4 van de Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder'

Aan onderdeel 1 van de Regeling aanwijzing directeur-grootaandeelhouder was evenmin voldaan. Belanghebbende zelf bezat namelijk niet 50% van de aandelen. De HR stelde belanghebbende dus in het gelijk en deze had dus recht op WW.

 

Nieuwe beoordeling verzekeringsplicht

Met dit arrest haalt de Hoge Raad een streep door het huidige beleid van de Belastingdienst. Dit kan betekenen dat DGA`s in het verleden ten onrechte als niet verzekeringsplichtig zijn aangemerkt. Deze onjuistheid zal dus moeten worden gecorrigeerd. Op dit moment is nog niet duidelijk welke actie de Belastingdienst zal gaan ondernemen, maar het is zonder meer verstandig om in die gevallen waarbij de aandelen over meerdere familieleden zijn verdeeld de (al dan niet) verzekeringsplicht opnieuw te laten beoordelen.

 

Bron: Accountancynieuws


 

Categorieën : Tripost
Rob Kusters
Rob Kusters
Auteur

Rob is senior consultant en specialist in fiscaliteit, strategie en bedrijfseconomie

0 Reacties

Geef een reactie

Uw e-mail adres wordt niet publiekelijk gemaakt.