• Openingstijden : maandag t/m vrijdag van 8:30 uur tot 17:00 uur
Belastingplan 2025

Belastingplan 2025

Het kabinet heeft tijdens Prinsjesdag op 17 september het Belastingplan 2025 bekendgemaakt. Hieronder volgen de wijzigingen:

Verlaging tarief in box 2
In het belastingplan van 2024 is het tarief van een flat-tax overgegaan naar twee schijven. Het basistarief werd verlaagd naar 24,5%, maar vanaf €67.000 betaalt een directeur-grootaandeelhouder het hoge tarief van 33%. Hierdoor is de huidige belastingheffing over box 2-inkomen maximaal 50,29%. Dit is hoger dan dat voor werknemers met 49,5% en zeker hoger dan dat voor de IB-ondernemer, wanneer je ook rekening houdt met de MKB-winstvrijstelling en de zelfstandigenaftrek. Met de verlaging naar 31% vanaf €67.804 wordt dit (deels) gecorrigeerd.

tabel.png

Verscherpte regeling bij arbeids-, kennis en studiemigranten
De aantallen arbeidsmigranten wordt ingeperkt. Arbeidsmigratie tegen lage lonen worden beperkt en de voorwaarden voor kennis- en studiemigratie worden aangescherpt. Werkgevers moeten zelf zorgdragen dat arbeidsmigranten bij langdurig verblijf in Nederland, de Nederlandse taal beheersen. Met deze maatregelen wil het kabinet de vaak slechte arbeids- en woonomstandigheden terugdringen.

Voor elke Nederlandse student die naar het buitenland gaat, komen er zes internationale diplomastudenten terug in Nederland. De instroom van deze studenten veroorzaakt een onaanvaardbare druk op zowel de huisvesting als op de docenten en volle collegezalen.

Daarnaast vindt het kabinet dat er te weinig Nederlands wordt gesproken. De Nederlandse taal moet weer meer leidend worden in plaats van de Engelse taal.

Compensatie transitievergoeding
Vanaf 1 juli 2026 komen alleen kleine werkgevers (< 25 werknemers) nog in aanmerking voor een transitievergoeding voor werknemers die na langdurige ziekte uit dienst gaan. Naar verwachting leidt dit tot een overheidsbesparing van 70% op deze kosten. Grotere werkgevers krijgen vanaf 1 juli 2026 geen compensatie meer voor de transitievergoeding.

Wijzigingen bedrijfsopvolgingsregeling (BOR)
Door een reeds aangenomen wetswijziging en deels door een voorgestelde wetswijziging wordt de BOR aangepast. Hierdoor wordt deze beter toepasbaar waar deze nodig is en wordt gebruik van de BOR waarvoor deze niet bedoeld is beperkt.

  • Bedrijfsmiddelen die zowel zakelijk als privé worden gebruikt (denk bijvoorbeeld aan auto van de zaak) vallen vanaf 01-01-2025 alleen onder de BOR voor zover ze zakelijk worden gebruikt.
  • Voor de doorschuifregeling in de Inkomstenbelasting voor aanmerkelijk belang aandelen geldt op dit moment de eis dat de begiftigde drie jaar in dienst moet zijn in de onderneming. Per 01-01-2025 komt deze eis te vervallen. Vanaf dat moment moet de begiftigde minimaal 21 jaar oud zijn.
  • Het bedrag dat in de schenk- en erfbelasting volledig is vrijgesteld wordt verhoogd van € 1.325.253 in 2024 naar € 1.500.000 in 2025 (de 100% vrijstelling). Het percentage van het ondernemingsvermogen dat daarboven is vrijgesteld wordt verlaagd van 83% naar 75%.
  • Bij de schenking of het nalaten van een vennootschap kan vanaf 2026 alleen gebruik gemaakt worden van de BOR voor een belang van minimaal 5% (waarbij een uitzondering geldt voor familiebedrijven);
  • Om gebruik te maken van de BOR moet de onderneming minimaal één jaar (bij nalaten) of vijf jaar (bij schenken) in bezit te zijn. Hierbij wordt de periode niet onderbroken als in die periode de onderneming bijvoorbeeld geruisloos is ingebracht in een BV. In het algemeen geldt dat een fiscale faciliteit benut moet zijn. Vanaf 2026 is het gebruik van een faciliteit niet meer nodig maar wordt er meer feitelijk gekeken of de onderneming in die periode in bezit is geweest van de ondernemer.
  • De periode dat de erfgenaam of begiftigde de onderneming moet voortzetten wordt vanaf 2026 verkort naar drie jaar;
  • Sommige constructies worden aangepakt. Denk hierbij aan een vermogend persoon die op hoge leeftijd een onderneming koopt om gebruik te maken van de BOR. Daarnaast wordt dubbel gebruik van de BOR voorkomen. Hiermee wordt bedoeld de mogelijkheid de BOR te gebruiken, de onderneming terug te verkopen aan de schenker en dan nogmaals gebruik te maken van de BOR.

Versobering giftenaftrek

De giftenaftrek in de vennootschapsbelasting (vpb) wordt afgeschaft per 01-01-2025. Wat betekent dit als je als ondernemer een goed doel wil ondersteunen?

Als bedrijven goede doelen steunen door middel van sponsoring of reclame, zijn dit geen giften maar zakelijke kosten, die net als andere bedrijfskosten aftrekbaar zijn van de winst voor de vpb. Het resterende deel van de giften wordt gedaan vanuit aandeelhoudersmotieven (de wens van een aandeelhouder om een goed doel te steunen). Deze uitgaven zijn niet-zakelijk en zijn straks niet langer aftrekbaar voor de vpb. Ze worden gezien als uitdelingen die onderworpen zijn aan dividendbelasting.

Toch aftrekbaar
Hiermee vormt de gift een inkomen in box 2 voor de DGA. Feitelijk dus in privé een last voor de aanmerkelijkbelanghouder. Hierdoor kunnen zij in privé in de vorm van persoonsgebonden aftrek de gift in mindering brengen op het inkomen. Het kabinet is van mening dat het voor de behandeling van de aftrekbaarheid van giften niet hoort uit te maken of het geld vanuit een vennootschap komt of privé vanuit andere bronnen: daarmee is de regeling geven uit de vennootschap overbodig.

MKB winstvrijstelling toch niet verder omlaag
In het belastingplan van vorig jaar werd de MKB winstvrijstelling verlaagd van 14% naar 13,31%. Verdere verlagingen werden voorgesteld in de voorjaarsnota. Hier is in het regeerprogramma een stokje voor gestoken. In het belastingplan is opgenomen dat deze vrijstelling per 1 januari 2025 wordt verlaagd naar 12,7%. In de voorjaarsnota van dit jaar, waarbij allerlei fiscale maatregelen werden aangekondigd, is een extra verlaging naar 12,03% voorgesteld. Deze extra verlaging gaat niet door. De IB-ondernemer krijgt echter nog steeds te maken met een maatregel die zijn netto besteedbaar inkomen verlaagt. De zelfstandigenaftrek wordt, zoals eerder vastgelegd, in 2025 verder verlaagd naar € 2.470. Deze was in 2024 nog € 3.750. Ook deze maatregel verlaagt het netto besteedbaar inkomen van de IB-ondernemer.

Wijzigingen omzetbelasting

Wijziging kleine ondernemersregeling
Vanaf 1 januari 2025 wordt de kleine ondernemersregeling (hierna: KOR) gewijzigd. De KOR geldt voor ondernemers met een omzet van maximaal €20.000 per jaar. Als een ondernemer onder de KOR valt, hoeft hij geen btw in rekening te brengen en mag hij geen btw verrekenen. De ondernemer hoeft geen aangifte omzetbelasting te doen, wat de administratieve lasten vermindert.

Verplichte deelname periode vervalt
Een ondernemer moet nu minimaal drie jaar deelnemen aan de KOR. Deze verplichte deelnameperiode vervalt. Een ondernemer kan zich op elk moment afmelden.

Kortere wachtperiode voor opnieuw aanmelden
Ook de wachtperiode wordt gewijzigd. Waar een ondernemer nu drie jaar moet wachten voordat hij opnieuw de KOR kan aanvragen, wordt deze periode beperkt tot het kalenderjaar van afmelding en het volgende kalenderjaar.

Herzieningsregeling voor investeringsdiensten onroerende zaken
Met ingang van 1 januari 2026 gaat voor investeringsdiensten aan onroerende zaken, die meer bedragen dan € 30.000 een btw-herzieningstermijn van vijf jaar gelden.

Invoering EU-KOR
Vanaf 1 januari 2025 kunnen in Nederland gevestigde ondernemers ook een KOR aanvragen voor EU-landen waarmee wordt gehandeld.

Meer ruimte voor lagere WW-premie
Vanaf 1 januari 2025 betalen werkgevers het lagere WW-tarief bij overwerk voor werknemers met een vast contract van gemiddeld meer dan 30 uur per week. Tot die datum ligt de grens op 35 uur per week.

Om de wendbaarheid van werkgevers te vergroten wil het kabinet meer flexibiliteit aanbrengen in vaste contracten. Hierdoor valt een grotere groep werknemers met een vast contract die meer dan 30% aan overuren maken, onder de lage WW-premie. Werkgevers kunnen zo meer werknemers met een relatief groot vast contract flexibeler inzetten tegen de lage WW premie. Bovendien stromen werknemers met een flexibel contract vaker de WW in en worden de WW-lasten met deze premiedifferentiatie eerlijker doorgerekend.

De verlaging van de grens bespaart werkgevers in totaal ongeveer 15,5 miljoen euro. Het kabinet heeft hiervoor budget vrijgemaakt. Deze aanpassing is onderdeel van een breder pakket aan maatregelen waarmee het kabinet de arbeidsmarkt wil hervormen. Het doel is om een betere balans te creëren tussen zekerheid en flexibiliteit op de arbeidsmarkt.

Algemene heffingskorting wordt verlaagd
De algemene heffingskorting wordt per 01-01-2025 verlaagd met € 335 naar € 3.068.

Aftrek specifieke zorgkosten wordt vereenvoudigd
Per 01-01-2025 wordt de regeling voor specifieke zorgkosten voor de aftrek van de zorg- en leefkilometers vereenvoudigd. Voor het bezoeken van een arts, ziekenhuis of apotheek (zorgkilometers) is een vast bedrag van € 0,23 per kilometer aftrekbaar. Indien door een ernstige ziekte of handicap extra vervoerskosten nodig zijn (leefkilometers), kan daarnaast een vast bedrag van € 925 in aftrek worden gebracht.

Reiskosten gemaakt met de taxi of het openbaar vervoer blijven aftrekbaar tegen de werkelijk gemaakte kosten. De regeling wordt gewijzigd zodat alle mensen die tot het huishouden behoren op het moment dat de verpleging aanvangt aanspraak kunnen maken op deze aftrek, als zij de verpleegdepersoon regelmatig bezoeken.

Box 3-tarief blijft 36%
Per 1 januari 2025 zal in box 3 het tarief van 36% blijven gelden. De vrijstelling voor box 3 gaat omhoog naar € 57.684 per persoon.

Overdrachtsbelasting wordt verlaagd
Het tarief van de overdrachtsbelasting wordt per 1 januari 2026 verlaagd van 10,4% naar 8% voor de koop van een beleggingswoning of vakantiewoning. Het verlaagde tarief van 2% of een vrijstelling voor starters blijft van toepassing als de koper de woning als hoofdverblijf gaat bewonen.

Energiebelasting op aardgas wordt verlaagd
Per 1 januari 2025 wordt de energiebelasting op aardgas verlaagd. Iedereen betaalt hierdoor € 29 minder energiebelasting in 2025.

Bijtelling elektrische auto van de zaak omhoog
Per 1 januari 2025 stijgt de bijtelling voor volledig elektrisch rijden voor privé gebruik van 16% naar 17%. De bijtellingsgrens blijft € 30.000; daarboven geldt de reguliere bijtelling van 22%.

30%-regeling wordt versoberd
De 30%-regeling wordt per 1 januari 2027 aangepast naar een 27%-regeling. De maximale onbelaste vergoeding van 27% zal gelden voor vijf jaar. De salarisnorm wordt per 1 januari 2027 verhoogd van € 46.107 naar € 50.436.

Dubbeltelling excessief lenen wordt voorkomen
Per 1 januari 2025 komt er een nieuwe regeling ten aanzien van excessief lenen om onvoorziene dubbeltellingen bij personenvennootschappen te voorkomen. Deze regeling zal met terugwerkende kracht tot 1 januari 2023 gaan gelden. Dubbeltellingen ontstaan in de situatie dat belastingplichtigen participeren.

Beperking aftrek kosten niet-zelfstandige werkruimte verduidelijkt
Per 1 januari 2025 wordt verduidelijkt dat kosten voor een niet-zelfstandigewerkruimte in een woning die deel uitmaakt van het ondernemingsvermogen, niet aftrekbaar zijn indien deze kosten in een verhuursituatie door de huurder zouden worden gedragen. Het betreft hierbij kosten voor de inrichting, gas, water en licht.

Categorieën : Tripost
Tripolis
Tripolis
Auteur

0 Reacties

Geef een reactie

Uw e-mail adres wordt niet publiekelijk gemaakt.