Ondernemer heeft geen recht op zelfstandigen- en startersaftrek

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden oordeelde eerder dit jaar dat een ondernemer geen recht heeft op zelfstandigen- en startersaftrek, omdat zij niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij aan het urencriterium heeft voldaan.

In 2012 startte belanghebbende een bureau voor bewind voering en budgetbeheer. In de eerste drie kwartalen van 2012 heeft de onderneming geen omzet gedraaid. In het vierde kwartaal heeft de onderneming volgens de aangifte een omzet behaald van € 84. Naast in de eigen onderneming, werkte belanghebbende in 2012 tevens drie dagen per week in loondienst, en ontving loon van € 33.351. Belanghebbende heeft voor het jaar 2012 aangifte gedaan van een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 24.093. In de aangifte zijn de zelfstandigenaftrek en startersaftrek geclaimd en is rekening gehouden met de MKB-winstvrijstelling. In geschil is of belanghebbende in 2012 recht heeft op deze toepassing van de zelfstandigenaftrek en startersaftrek.

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden is met de belastinginspecteur van oordeel dat belanghebbende niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij aan het urencriterium heeft voldaan. Ondanks dat belanghebbende veel tijd besteed aan de startende onderneming, is het niet aannemelijk geworden dat zij in 2012 ten minste 1.225 uur daaraan heeft besteed.

Bron: ECLI:NL:GHARL:2017:614 (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden February 10, 2017).