De Hoge Raad heeft op 11 september 2015 in een uitspraak laten weten dat de iPad wel degelijk tot de categorie ‘computers en dergelijke apparatuur en bijbehorende apparatuur’ behoort. Het Hof Amsterdam was nog van mening dat een iPad geen computer is. De Hoge Raad casseert in haar uitspraak dit oordeel. Gevolg van de uitspraak van de Hoge Raad is dat RTL-Nederland alsnog € 323.687 loonheffing moet betalen. RTL-Nederland had aan haar medewerkers een iPad met een 3G abonnement verstrekt. Het zakelijk gebruik laf tussen de 10% en 90%.
Rechtbank Haarlem had al geoordeeld dat RTL loonheffing verschuldigd was voor de verstrekking van de iPads. Hof Amsterdam vond de iPads zowel kenmerken van computers als communicatiemiddelen hebben en vond dit laatste kenmerk doorslaggevend voor de beoordeling of loonheffing verschuldigd was. De Hoge Raad is van mening dat het hof hiermee een onjuiste toetsingsvolgorde toepast van de relevante onderdelen in de Wet LB.
Uit de totstandkomingsgeschiedenis van artikel 15b, lid 1, letter s, Wet LB volgt dat bij ‘dergelijke apparatuur’ in de zin van die bepaling kan worden gedacht aan elektronische apparatuur die geheel of gedeeltelijk bedoeld is voor taken die ook met een computer kunnen worden verricht. Daarbij worden als voorbeeld genoemd: digitale agenda’s, mini-notebooks en GPS-apparatuur. De in cassatie niet bestreden omschrijving van de iPads in de uitspraak van het Hof laat geen andere conclusie toe dan dat deze in gelijke of zelfs sterkere mate dan digitale agenda’s en GPS-apparatuur zijn bedoeld voor taken die ook door een computer kunnen worden verricht.
Zoals blijkt uit de reeds genoemde omschrijving van het apparaat door het Hof kenmerkt de iPad zich, evenals een desktop- of notebookcomputer, door zijn veelzijdige inzetbaarheid voor de verwerking en opslag van gegevens, in de vorm van tekst, cijfers, beeld en geluid, het zoeken naar informatie op het internet, en voor ontspanning.
Dit brengt mee dat de iPads moeten worden gerangschikt onder de in artikel 15b, lid 1, letter s, Wet LB bedoelde categorie.
Meer informatie: Hoge Raad, 11 september 2015, ECLI:NL:HR:2015:2496
0 Comments